Donderdag 29 juli,
Vanmorgen werden we pas laat wakker. 09:00 uur. Dat is eigenlijk niets voor ons, want normaal gesproken zijn we altijd voor achten wakker. De hemel is nog geheel wolkeloos. Vandaag gaan we naar de kust bij Målöy. Hier ligt aan het fjord bij het plaatsje Strijn een door erosie vreemd gevormde rots, de Kannesteinen, die ik even wil gaan bekijken. Volgens een plaatselijke medewerker van een fotozaak is het een klein uurtje rijden. Een afstand van een 106 kilometer. In Nederland zou dat over de snelwegen wel te doen zijn, maar in Noorwegen kun je dat dus wel vergeten. Of het moet zijn dat je rijdt zoals de Noren dat doen. Er zitten nogal een aantal Schumachers tussen.
Wij doen er in ieder geval bijna twee uur over. Vooral het laatste stuk is erg moeizaam. Door de beperkte breedte van de weg moet je bij iedere tegenligger even uitwijken in de om de paar honderd meter gelegen vluchthaventjes. Vaak staat de tegenligger al stil voordat je zelf de kans hebt af te remmen, en soms moet je zelfs een 50 meter achteruit rijden omdat je niet altijd al het tegemoetkomende verkeer op tijd gezien hebt. De steen is gelukkig wel bijzonder. De vorm doet denken aan een uit de kluiten gewassen paddestoel. Als ik foto’s wil maken wordt het plotseling erg druk. Eerst maar even wat eten in de camper. Even later hebben wij de steen
weer voor ons. Tegen de tijd dat wij weer gaan is het weer druk. We lopen nog even door het kleine dorpje Torskangerpollen dat hier vlak bij ligt. Dan gaat de nog smallere weg richting vuurtoren Hendanes. Dat is nu weer niet zo’n succes. De ramen (behalve die bij de lamp) en de deuren zijn allemaal dichtgetimmerd. De reling is bijna in zijn geheel weggeroest, en voor de rest ziet het er allemaal erg verwaarloosd uit. Met een mooi zonnetje had een en ander nog voor de foto gered kunnen worden, maar onder deze omstandigheden blijft mijn fototas dicht. Had ik trouwens al vermeld dat aan de kust een dikke pak wolken hangt? We zagen van kilometers afstand de bewolking al hangen. Erg vervelend dus om de zon in te moeten wisselen voor deze sombere lucht, maar het is nu eenmaal niet anders. –
We gaan onderweg naar een uitkijkpunt even voor Krakenes aan de oceaan om te kijken of een zonsondergang er nog in zit. Omdat laat in de avond het wolkendek open breekt is er nog een waterig rood zonnetje te zien. Niet vaak, en niet lang, maar wel mooi.
De tijd tussen aankomst op het uitkijkpunt en de zonsondergang heb ik gevuld met het proberen te fotograferen van een diertje wat voor mij wel een fret, een lemming of wat dan ook kan zijn. Het was in ieder geval een grappig beestje dat erg nieuwsgierig was, en het niet erg vond dat ik bij hem in de buurt bleef. Af en toe leek het zelfs of hij een beetje aan het spelen was. Hij sprong dan achter een rots, om een meter verderop weer achter een andere rots tevoorschijn te komen. Erg leuk, en zo was het al snel tijd voor de zonsondergang die zojuist dus is afgelopen. Het wachten is nu op de zonsopkomst. Maar eerst ga ik slapen.
Vrijdag 30 juli,
05:30. Ans maakt me wakker om mij erop te wijzen dat de zon net boven de bergen uitkomt. Alles staat in een mooi rood licht. Natuurlijk voel ik er weinig voor om mij warme bed te verlaten, maar het licht lokt. Een paar minuten later sta ik buiten, bewapend met Minolta, statief en 300 mm objectief. De zon zal maar even te zien zijn alvorens te verdwijnen achter een dik wolken pak. De zwakke stralen van de ochtendzon schijnen
door de bergen, en terwijl ik van dit schouwspel sta te genieten sla ik vloekend de honderden kleine vervelend bijtende mugjes van me af. En nu weer slapen!
Om half negen ben ik weer wakker. De rit gaat vandaag naar Ålesund. We rijden over de 61 waarbij we twee maal door een veer over een fjord worden geholpen. Rond 15:00 uur komen we aan in Ålesund waar we de auto parkeren op een soort stadscamping. Een ruim parkeerterrein met toilet en douche gebouw. Het is in ieder geval fijn om vanavond niet meer te hoeven zoeken naar een plaats om te slapen. We gaan de stad in, en bewonderen de Jugendstil. Er staan mooie gebouwen met veel versieringen en rondingen aan de gevels. Natuurlijk is het ook mooi om naar de voorbijgangers te kijken. Als we hongerig worden nemen we plaats op het terras van Metz, en doen ons tegoed aan een lekkere entrecôte. Daarna nemen we een te grote bak softijs, en met een dikke buik lopen we nog even de Kirkegate in. Dan is het weer tijd om onze camper op te zoeken. Aan de lucht te zien krijgen we een prachtige zonsondergang. In de verte schreeuwen een aantal opgewonden meeuwen terwijl langzaam de zon richting het water gaat.
Zaterdag 31 juli,
Vandaag heb ik de man met de hamer gezien, maar ik ben zijn gezicht al weer vergeten. Na wandeling 13 uit onze ANWB gids naar de “Preikestolen” bij de Geiranger ben ik eerst maar even gaan slapen. Ik was werkelijk bek af. Na een halfuurtje slapen heb ik wat gegeten, en daarna ben ik rustig op een vlonder in het water gaan liggen waarop ik al snel weer bijna in slaap viel. De wandeling gaat gelijk enorm stijl omhoog, en ik denk dat ik te snel van start ben gegaan, en dat nadat we een paar uur in de auto hadden gereden om van Ålesund naar Geiranger te komen. De route heet de adelaarsweg, en om bij Geiranger te komen moet je dus over deze weg met heel veel haarspeldbochten en 10% dalingen in het dal zien te komen. De wandeling was wel mooi, maar bied niet echt wat we er van verwacht hadden. De preikestolen zoals aangegeven op de kaart konden we niet vinden. Helemaal achter aan bij de route word dan even vermeld dat dit uitzichtpunt met overhangende klif ergens anders licht. Het plaatsje Geiranger was trouwens ongelooflijk druk. Veel campers, bussen en boten maar vooral dus veel mensen. –
Zondag 1 augustus
Zzzzzzzzzzzzzzzzzzz.